Vragen A2 les 1

Tekst 1 Henk en Ingrid, twee collega’s

Vraag 1 : In wat voor soort huis wonen Henk en Ingrid?
1. In een villa
2. In een flat
3. In een rijtjeshuis
4. In een appertement
Vraag 2 : Heeft het huis van Henk ook een tuin?
1. Ja zijn huis heeft een tuin
2. Ja zijn huis heeft twee tuinen
3. Nee zijn huis heeft geen tuin
4. Ja hij heeft een grote tuin bij zijn villa
Vraag 3 : Wie wil verhuizen naar een flat?
1. Henk
2. Ingrid
3. Henk en Ingrid allebei

Tekst 2


Vraag 1 : Henk gaat verhuizen Hoe ziet zijn nieuwe huis eruit?
1. Hij gaat verhuizen naar een rijtjeshuis
2. Hij gaat verhuizen naar een bejaardenhuis
3. Hij gaat verhuizen naar een heel groot huis
4. Hij gaat verhuizen naar een kleine woning in een flat

Vraag 2 : Wie gaat Henk helpen bij de verhuizing?
1. Ingrid
2. Twee vrienden van Ingrid
3. Ingrid en ook twee vrienden van Henk
4. Ingrid en veel andere collega’s

Vraag 3 : Henk gaat verhuizen. Wanneer gaat Ingrid hem helpen?
1. Ingrid gaat hem helpen op zaterdag
2. Ingrid gaat hem helpen op zondag
3. Ingrid gaat hem morgen helpen

Vragen Jordi en Desiree, een broer van 12 en een zus van 14 jaar oud



Vraag 1 – Wat doet Jordi?
1. Hij is bezig met Facebook
2. Hij is bezig met zijn huiswerk
3. Hij is bezig met het opruimen van zijn rotzooi
4. Hij gaat naar zijn moeder

Vraag 2 – Wie gaat de rotzooi van Jordi opruimen?
1. Desiree
2. Jordi
3. Jordi en Desiree samen
4. De moeder van Jordi en Desiree

Vraag 3 – Waar ligt de rotzooi van Jordi?
1. In de woonkamer
2. In de gang
3. Overal

Scroll naar boven